Met de groeten uit Riga

Dat wij in het Noorden des Land best trots mogen zijn op onze geschiedenis bleek maar weer tijdens de lezing van Hendrik Hachmer op 5 februari in de Menterne in Muntendam. Onderwerp was de Veenkolo-niale Zeevaart in de 19e eeuw. De binnenvaart die voornamelijk turf vervoerde, koos zo hier en daar al het ruime sop als ze naar Amsterdam of Rotterdam moest. Toen de handel in turf verslechterde en de schepen verbeterden, werden Zuiderzee en Waddenzee verruild voor Noordzee, Oostzee en ook zelfs Atlantische Oceaan. De scheepvaart van Nederland was voor 60% in het Noorden gevestigd. Er ontstond een wisselwerking tussen aanvoer van hout uit gebieden rond de Oostzee voor de houtzagerijen en scheepswerven in de Provincie Groningen. De schepen vervoerden weer producten naar Noorwegen, Zweden, Denemarken en ook Riga. En als geen ander wist de Groninger schipper toen al dat vrouwen mee konden werken en zo goedkope mankrachten waren. Maar vrouweigen namen zij zilveren lepels, porselein, tabakspotten of toeja’s en Russische nappen mee terug.
Met dia’s, expressieve verhalen en dagboekfragmenten wist dhr. Hachmer tot het eind te boeien. En weten we van het goede leven, maar ook van ontberingen en dat ook zeelieden gewone mensen waren met behoeftes, angsten en verdriet.

Reactie toevoegen